Oosterse scampiwok met groenten en citroengras
Ga naar:
Ingrediënten
- 200 g scampi's (staarten, gepeld)
- 4 wortels, in plakjes
- ½ broccoli, geblancheerd en in roosjes
- 1 stengel prei, in ringen
- 1 rode paprika, in reepjes
- 6-8 groene asperges, in de lengte gehalveerd
- 1 bosje lente-ui, fijngehakt
- 1 stengel citroengras, gekneusd en in stukken
- 1 pakje sluimererwten, kort geblancheerd
- ½ bosje beukenzwammen of andere paddenstoelen
- Handjevol pindanoten of cashewnoten
Marinade
- 2 el pikante zoet-zure saus
- 3 el sojasaus
- Sap van ½ limoen
Hoe maak je het?
- Verhit een scheut wokolie in een grote wokpan op hoog vuur. Voeg de scampi's toe en bak ze aan beide zijden tot ze mooi goudbruin en gaar zijn. Dit duurt ongeveer 1 tot 2 minuten per kant, afhankelijk van de grootte. Haal de scampi’s uit de pan en zet ze even opzij op een bord, zodat ze hun sappen kunnen behouden.
- Voeg indien nodig nog wat wokolie toe aan de pan. Begin met het bakken van het gekneusde citroengras om het aroma vrij te laten komen. Voeg vervolgens, met telkens een korte bakpauze, de groenten toe in volgorde van gaarheid: eerst de wortelschijfjes (ze hebben de meeste tijd nodig), daarna de preiringen, reepjes paprika en de paddenstoelen. Roer goed door zodat alles gelijkmatig gaart. Voeg tot slot de groene asperges, broccoliroosjes en geblancheerde sluimererwten toe. Wok het geheel nog enkele minuten op hoog vuur tot de groenten beetgaar zijn maar nog een mooie ‘bite’ hebben.
- Doe de gebakken scampi’s terug in de wok bij de groenten. Schep alles voorzichtig maar grondig om zodat de smaken goed kunnen mengen.
- Giet de voorbereide marinade over het geheel. Laat het gerecht nog 2 à 3 minuten sudderen zodat de smaken zich kunnen vermengen en de saus licht inkookt. Roer af en toe om aanbranden te voorkomen.
- Haal de pan van het vuur. Werk het gerecht af met een handvol fijngehakte lente-ui en bestrooi met geroosterde pindanoten of cashewnoten voor een knapperige toets. Serveer meteen, bijvoorbeeld met rijst of noedels.